Bij brandwonden is de huid en eventueel onderliggend weefsel verbrand. Brandwonden zijn traumatische wonden, maar worden vaak onderverdeeld naar oorzaak.
- Thermische brandwond: wordt veroorzaakt door contact met warmte of kou. De temperatuur moet hoog of laag genoeg zijn om schade of necrose aan de huid te veroorzaken.
- Elektrische brandwond: wordt veroorzaakt door de passage van stroom door de huid.
- Chemische brandwond: wordt veroorzaakt door chemische stoffen, zoals schoonmaakmiddelen. De huid beschadigt door de inwerking van deze stoffen.
- Radiogene brandwond: wordt veroorzaakt door de zon, radiotherapie of andere soorten straling.
Van elke 1000 mensen die bij de huisarts komen, hebben er 5 een brandwond. Dit zijn doorgaans vaker vrouwen dan mannen. Jaarlijks worden ongeveer 1500 patiënten met brandwonden opgenomen in het ziekenhuis, waarvan ongeveer 750 patiënten in een brandwondencentrum. De eerste hulp behandelt daarnaast jaarlijks zo’n 6000 mensen met brandwonden.
Pathofysiologie van brandwonden
De meeste brandwonden ontstaan doordat de huid in contact komt met een hete vloeistof, zoals heet kraanwater, koffie, thee, soep, kokend water of stoom uit de waterkoker. Deze ‘scalds’ komen vooral voor bij kleine kinderen.
Vlamverbrandingen, ook wel flame burns genoemd, worden veroorzaakt door direct contact met vuur, zoals brand, kaarsen of barbecues. Flitsverbrandingen (flash burns) worden eveneens veroorzaakt door vuur, maar dan door een te hoge stralingshitte van vuur. Deze verbrandingen komen vaak voor in het gelaat en op de handen. Het zijn meestal oppervlakkige verbrandingen, omdat afweerreflexen snel opmerken dat de straling te heet is.
Contact burns ontstaan door direct contact met een heet voorwerp, zoals kachels, kookplaten, ovens, strijkijzers en pannen. Dit type brandwond bevindt zich voornamelijk op de handpalmen en komt veel voor bij kleine kinderen.
Chemische brandwonden worden veroorzaakt door contact met zuren of basen. Hierbij is het belangrijk om langdurig te spoelen om verdere schade te voorkomen.
Een elektrische brandwond ontstaat door contact met stroom. De brandwond is zichtbaar bij het intredingspunt van de stroom, maar ook bij het uittredingspunt. Vaak is er ernstige inwendige schade.
Gradaties van brandwonden
Eerstegraads: de huid is nog intact na verbranding en deze is rood of roze verkleurd. Ook kan de huid flink pijnlijk en gezwollen zijn, en voelt deze vaak droog aan.
Tweedegraads: Tweedegraads brandwonden kunnen zowel oppervlakkig als diep zijn.
Oppervlakkig: de huid is verbrand tot in de basale laag van de opperhuid en is nog roze of rood, egaal en soepel. Soms zijn er intacte of kapotte blaren te zien en vaak is de huid nattig en pijnlijk.
Diep: de huid is verbrand tot in de diepere lagen van de epidermis. Hierdoor zijn er nog maar weinig epitheelcellen aanwezig. De huid is dof en mat, en voelt stug aan, terwijl de wond rood/wit, nat en pijnlijk is. Soms zijn er intacte of kapotte blaren aanwezig.
Derdegraads: De volledige huiddikte is verloren gegaan tot in het onderhuidse vetweefsel. Doordat ook de zenuwuiteinden zijn verbrand, is de wond minder pijnlijk dan de ernst van de wond doet vermoeden. Dit type brandwond is zwart, beige/bruin of wit en voelt droog, leerachtig en zeer stug aan. Een derdegraads brandwond kan alleen worden genezen met behulp van een huidtransplantaat of een andere vorm van chirurgische behandeling.
Totaal verbrand lichaamsoppervlak
Om te bepalen hoeveel procent van het lichaam van een patiënt is verbrand, wordt gesproken over TVLO (het totaal verbrand lichaamsoppervlak). De handpalm dient als 1% van het totale lichaam. Belangrijk hierbij is dat de hand van de patiënt alleen met gesloten vingers wordt gebruikt en dat alleen tweede- en derdegraads verbrandingen worden meegeteld.
Verwijzingscriteria brandwondencentra
Goede behandeling van brandwonden vereist kennis en middelen: dit is het geval in een brandwondencentrum. Nederland telt er drie: Groningen, Beverwijk en Rotterdam. In principe kunnen alle patiënten voor een consultatie terecht. Wel zijn er criteria opgesteld voor het doorverwijzen van patiënten met ernstige brandwonden:
- Brandwonden > 10% van het lichaamsoppervlak bij volwassenen
- Brandwonden > 5% van het lichaamsoppervlak bij kinderen
- Derdegraads brandwonden > 5% van het lichaamsoppervlak
- Brandwonden op functionele gebieden, zoals het gelaat, de handen, genitalia en gewrichten
- Circulaire brandwonden aan de hals, thorax en ledematen
- Brandwonden gecombineerd met een inhalatietrauma of ander begeleidend letsel
- Brandwonden ten gevolge van een ongeval met elektriciteit
- Chemische verbrandingen
- Brandwonden bij slachtoffer met een preexistente ziekte
- Brandwonden bij kinderen en bejaarden
- Bij twijfel aan de vermelde toedracht
Naast het TVLO wordt de ernst van een brandwond ook bepaald door de plek ervan, de leeftijd van de patiënt en eventuele bijkomende letsels, zoals inhalatieletsel. Ook de algehele conditie van een patiënt speelt een belangrijke rol bij een goed herstel.
Brandwonden behandelen
Een brandwond moet binnen drie weken genezen zijn om een mooi litteken te vormen zonder littekenhypertrofie en contractuurvorming. Na het ontstaan van een brandwond is het belangrijk om de huid goed te koelen met lauw en zacht stromend kraanwater voor minimaal vijf tot tien minuten. Een brandwond is namelijk dynamisch: ook al is de oorzaak verwijderd, dan nog kan de brandwond verergeren. Koelen kan zelfs nog tot een uur na het ontstaan van een brandwond.
Belangrijk is dat vastgeplakte kleding blijft zitten tot in het ziekenhuis. Ook dient de patiënt niets op de brandwond te smeren, zodat de arts de wond nog goed kan beoordelen. Wel kan de wond bij vervoer naar het ziekenhuis worden afgedekt met steriel verband of een schone, natte doek.
Brandwondenziekte
Bij ernstige brandwonden is er een vergroot risico op infecties. Ook kan brandwondenziekte optreden bij patiënten met ernstige brandwonden. Als lichamelijke reactie op de verbranding kunnen ontstekingsfactoren en het verplaatsen van eiwitten en vocht tot een hypovolemische shock leiden. Hierdoor kan er schade aan de organen ontstaan. Om dit te voorkomen, is het belangrijk dat de patiënt voldoende intraveneus vocht krijgt toegediend in de eerste acht tot zestien uur na de verbranding.
Samenwerken met Q Care
Omdat wij de grenzen van onze expertise willen bewaken, kunnen wij adviseren bij eerstegraads en oppervlakkige tweedegraads brandwonden. Onze wondconsulenten kunnen een volledige wondbeoordeling en een wondbehandelplan opstellen. Wij evalueren de brandwond regelmatig en stellen op basis van onze bevindingen het behandelplan bij. Bij diepere verbrandingen verwijzen wij u graag door naar een van de drie brandwondencentra in Nederland.